Inspiratie voor architecten
Enkele weken geleden beleefde de voyeur in mij een ware hoogdag tijdens het openhuizenweekend 'Mijn Huis Mijn Architect'. Meer dan 100 innovatieve nieuwbouw- of renovatiewoningen, verspreid over heel Vlaanderen en Brussel, zetten hun deuren gratis open voor kijklustigen. Ik was er één van en had met een vijftal welgekozen woningen, weliswaar met schoenhoezen over mijn naaldhakken, een spannende blind date. Het thema dit jaar was 'creatief met ruimte'. Bouwers en verbouwers willen begrijpelijk het maximum halen uit elke duur gekochte vierkante meter. Architecten zijn hierbij de belangrijkste adviseurs en komen met inventieve oplossingen voor de dag om ruimtes vloeiend in elkaar te laten overgaan en het ruimtegevoel te versterken. Het weghalen van muren, het plaatsen van visuele accenten en het organisch in mekaar laten vloeien van ruimtes zorgen voor een totaal andere ruimtebeleving. En zo kwamen we terecht in pareltjes van moderne bouwkunst waar ik mijn ogen de kost gaf. Maar te midden van al deze luxe en pracht stelde ik me ook telkens de vraag of de architect wel degelijk rekening gehouden had met de schoonmaak en het onderhoud bij het ontwerp. Noem het beroepsmisvorming...
De architect wil natuurlijk met zijn ontwerp een statement kunnen maken, een esthetische vingerafdruk kunnen achterlaten waarbij het functionele doorgaans geen al te prominente rol
toebedeeld krijgt. En zo ontstaat er een spanningsveld tussen de architect en de gebruikers van een gebouw: de ene wil een prachtig gebouw neerzetten, de andere - en niet in het minst de Facility
Manager - wil een zo gebruiksvriendelijk mogelijk gebouw, met zo laag mogelijke exploitatiekosten.
De Facility Manager kan een brug slaan door van bij aanvang van het bouwproject de architect de nodige praktische input te geven. Het gaat hierbij om evidente maar belangrijke aandachtspunten zoals zelfreinigend glas op moeilijk bereikbare plaatsen voorzien, de installatie van gemakkelijk te reinigen materialen, het gebruik van hetzelfde vloertype in één zone, het vermijden van lampen
op onmogelijke hoogtes, enz. Doorgaans wordt er pas aan schoonmaak gedacht wanneer een nieuw gebouw in gebruik genomen wordt, en dat is eigenlijk te laat. Bij nader inzien blijkt dan immers vaak dat schoonmaakkosten vermeden hadden kunnen worden indien men bij het ontwerp van het gebouw en bij de aankoop van de materialen rekening zou gehouden hebben met de onderhoudsvriendelijkheid.
Daarom zou de Facility Manager door de architect uitgenodigd moeten worden om zijn of haar ontwerp te beoordelen alvorens er gebouwd gaat worden, om zo in goed overleg vervolgens, met zowel opdrachtgever, eindgebruiker, Facility Manager als architect een gezamenlijk plan neer te leggen. Tenslotte wordt in deze fase 75% van de facilitaire kosten bepaald. En een besparing van 10% op de bouwkost blijkt bijvoorbeeld naderhand een stijging van 25% of meer teweeg te brengen in de exploitatiekost per jaar. Dat kan tellen!
En hoe het afgelopen is met mijn blind date? Van een schone tafel kan je niet eten, zei mijn overgrootmoeder altijd, maar de bezoekjes hebben me wel inspiratie en goesting doen krijgen. Perfectie bestaat natuurlijk niet maar wat er ook gebeurt, wees er maar zeker van dat mijn droomhuis gemakkelijk te onderhouden en schoon te maken zal zijn!